De Stad Van Walther Bakker: 'De toeristische buurt is net een klein dorp'
In De Stad Van vragen we klanten en ondernemers in Amsterdam over hun liefde voor Amsterdam. Als je head of marketing bij het Moco Museum bent én je eigen bier brouwt, dan weet je de juiste plekken in de stad wel te vinden. Deze keer laten we Walther Bakker een boekje opendoen over zijn Amsterdam.
Wat is je vroegste herinnering aan Amsterdam?
“Als klein kind ging ik vanuit Assendelft graag met mijn vader mee naar Amsterdam. Hij had een touringcarbedrijf in de buurt van het Olympisch Stadion. Ik was er goed in daar gewoon een beetje in de weg lopen.”
Waarom Amsterdam?
“Ik groeide op tussen de toeristen en winkels op het Damrak. Mijn vader had daar later nog een ander bedrijf dat excursies verkocht. Vanaf een jaartje of vijftien werkte ik daar zelf mee. Ik weet dat niemand op De Dam of het Damrak wil komen, maar ik wel. Na mijn studie in Leeuwarden vertrokken bijna al mijn vrienden naar Amsterdam. Ik had al een enorme klik met de stad, dus ging ik ook. We begonnen met werken, maar ondertussen werd de studententijd een soort van verlengd.”
Wat is jouw buurt en wat maakt die buurt zo bijzonder?
“Twee buurten. Ik kies allereerst voor het Damrak en De Dam. Ik heb goede herinneringen aan de tijd dat ik daar werkte. Het was een klein dorp. De mensen van de winkels en bedrijven kenden elkaar. Ik had altijd met toeristen te maken en die zijn vrolijk, want ze zijn een weekend weg of met vakantie. Daar word je zelf blij van. En de Rivierenbuurt, dat is ook zo’n dorp in de stad waar je even een praatje maakt met mensen. Ik woonde tien jaar boven de Gall&Gall aan de Rijnstraat, daar ging de vrijmibo al van start in het emballagehok.”
Wat mis je aan Amsterdam als je er niet bent?
“Ik werk nog wel vijf dagen in de stad, maar inmiddels ben ik terug in Assendelft. Daar mis ik wel dat je niet meer alles om de hoek hebt. Als ik nu wat wil drinken, dan moet ik de fiets of auto pakken. Net als voor een koffietje of de avondwinkel. Het wordt al snel een onderneming.”
Op welke moment van de week ben je het liefst in het Moco Museum?
“Op elke willekeurige doordeweekse dag vroeg in de ochtend, als het nog lekker rustig is. Dit is het moment waarop je het beste van de kunst kunt genieten. Ik raad het iedereen aan. In het weekend is het leuk natuurlijk, maar dan is het nèt ietsje drukker, haha.”
Je hebt je eigen brouwerij – Piek Bier – dus je weet vast waar in de stad je het beste bier kunt drinken?
“Op meerdere plekken. Ik ben fan van brouwerij Oedipus in Noord, maar ook van Brouwerij Friekens. Dat zit op randje Noord, Tuindorp en Oostzaan, dus het is nog net Amsterdam. Het een oude voetbalkleedkamer die ze omtoverden tot brouwerij. Als je naar een echt proeflokaal wil, dan moet je naar het Arendsnest aan de Herengracht.”
Hoe ziet jouw ideale dag in de stad eruit?
“In de middag haal ik eerst even een broodje bij Cantarell, een oude lunchroom op de Wibautstraat. Daarna gaan we de stad in en dan blijft de toeristische buurt trekken. Eerst via de Nieuwezijds Voorburgwal naar De Karpershoek, daarna door naar De Ster en ook even buurten bij het Arendsnest. Nu ik het zo hoor heeft het wel veel met drank te maken, maar ik zoek toch graag het oude centrum op om wat te drinken. Behalve op de zaterdagen, dan heb ik een andere hobby. Met mijn eigen Brew Bus Amsterdam ga ik langs drie microbrouwerijen voor een rondleiding en proeverij. Dit zijn meestal kleine groepjes die ik voorzie van een mooie rondleiding en leuke feiten over de stad.”